Windpark Krammer: het grootste coöperatieve burgerinitiatief van Nederland | RVO.nl | Rijksdienst

Service menu right

Windpark Krammer: het grootste coöperatieve burgerinitiatief van Nederland Krammersluizen, Zeeland

Omschrijving

Windpark Krammer is een initiatief van de twee burgerwindcoöperaties Deltawind en Zeeuwind. Samen realiseren zij het grootste burgerinitiatief van Nederland: 34 windturbines met een gezamenlijk vermogen van 102 MW op de Krammersluizen, op de grens van de Zeeuwse eilanden en het Zuid-Hollandse Goeree-Overflakkee. Eind 2016 is de bouw gestart, eind 2017 leveren de eerste turbines stroom en in 2019 is het park gereed.  
 
De coöperaties zijn al meer dan 25 jaar actief. Samen hebben ze 39 windturbines en 53 MW gerealiseerd in Zeeland en op Goeree-Overflakkee. Voor de komende jaren is verdere uitbreiding gepland. De meer dan 4000 leden – allen eilandbewoners - zijn de eigenaars en financiers van deze windparken. Wind van en voor de regio.
 
Windpark Krammer is het eerste coöperatieve windproject van deze omvang in Nederland. Hiermee lopen de twee coöperaties voorop in de coöperatieve energiebeweging. De coöperaties ontwikkelden het windpark volledig op eigen risico. Voor de bouw en exploitatie gaan ze een samenwerking aan met de Duitse windturbinebouwer Enercon.
 
Windpark Krammer is om meer redenen uniek:
  • Het is het eerste windpark dat gebouwd wordt op een primaire waterkering. Tot voor kort waren windturbines op dit soort locaties niet toegestaan.
  • De stroom wordt geleverd aan vier grote multinationals zonder tussenkomst van een energieleverancier: consumer-to-business.

Kenmerken

 
Naam
Windpark Krammer
Locatie
 
Krammersluizen, gemeente Schouwen-Duiveland
 
Aantal windmolens x vermogen
 
34 windturbines x 3 MW
102 MW
(Verwachte) jaaropbrengst
 
350.000 MWh per jaar
(100.000 huishoudens)
Oplevering
 
Start bouw najaar 2016, eerste windturbines 2017, eind 2019 hele windpark.
Doorlooptijd project
 
2009-2016: vanaf start voorbereidend onderzoek tot start bouw.
2016-2019: bouwtijd
 
Technische specificaties
 
Enercon115, 3MW per stuk
Eigendom windmolens
Coöperatie Deltawind/ Zeeuwind: 51% aandelen
Enercon: 49% aandelen
 
Eigendom grond/ water
Rijkswaterstaat
 
Financiering
 
Aandeelhouders: coöperaties Deltawind/Zeeuwind (ledenkapitaal, lening leden aan coöperaties)
Aandeelhouder: Enercon
Directe participatie (mogelijk via ONS DE fonds)
Bank
 
Burgerparticipatiemodel
Planfase- en ontwikkeling via coöperatie, planprocedure
Financiële participatie burgers via de coöperaties en directe participatie
Windfonds (compensatieregeling, duurzame projecten)
Lokale stroomlevering (direct aan bedrijven)
Lokale stroomlevering (burgers)
 
 
 
WP Krammer -Keesmaat
 
Tijmen Keesmaat
Directeur Windpark Krammer
Het is om een aantal redenen zo’n mooi project. Op de eerste plaats uiteraard omdat het wordt ontwikkeld door coöperaties, van onderop dus. Niet door grote energiereuzen, maar voor en door de mensen van Goeree-Overflakkee en uit Zeeland. Het is bovendien het grootste windproject in Nederland dat door coöperaties wordt ontwikkeld. Op de tweede plaats is het een technisch interessant project: windturbines met tiphoogten tot 180 meter op een sluizencomplex en op dammen die behoren tot de primaire waterkering van Nederland. Geen geringe uitdaging. Niet in de laatste plaats is de combinatie windturbines en de Deltawerken gewoon geweldig. Ultiem Hollands glorie! De geschiedenis van de Nederlandse molens die de polders droog hebben gemalen in combinatie met de Deltawerken: symbool van Nederlands ingenieurschap en onze strijd tegen het water. Het water dat niet nog verder mag stijgen door de klimaatverandering als we doorgaan met fossiele energie.

Ontwikkeling

De coöperaties Zeeuwind en Deltawind zijn eind jaren 80 opgericht en behoren tot de eerste generatie energiecoöperaties. Eilandbewoners, burgers en bedrijven van Zeeland en Goeree-Overflakkee kunnen lid worden van de coöperaties en verkrijgen daarmee zeggenschap over de windontwikkeling op hun eilanden. Wat ooit klein is begonnen als burgerinitiatief van een paar mensen heeft zich met windpark Krammer ontwikkeld tot het grootste burgerinitiatief van Nederland. Het initiatief is bovendien aanjager van tal van innovaties op gebied van windparkontwikkeling.
Een unieke ontstaansgeschiedenis …..
Lees verder hieronder.
 
Mijlpalen
1987     Oprichting Zeeuwind
1989     Oprichting Deltawind
2009     Evaluatie Omgevingsplan Zeeland, Krammersluizen in beeld als windlocatie. Start samenwerking.
2010     Samenwerkingsovereenkomst Zeeuwind, Deltawind
           Voorbereidend onderzoek (haalbaarheid)
           Oprichting overlegplatform (gemeenten, provincie, RWS, Min van I&M)
           Start m.e.r conceptnotitie reikwijdte en detail (‘startnotitie’)
           Eerste gesprekken met TenneT over hoogspanningsverbinding
2011     Startnotitie ter inzage
           Start m.e.r. procedure, kennisgeving, inspraak, informatieavond (november 2011)
2012     Omgevingsplan Zeeland 2012-2018 vastgesteld: Krammersluizen
           toegevoegd als ‘concentratiegebied’ (juli 2012)
           Notitie Reikwijdte en detailniveau vastgesteld (maart 2012) 
2013     Oprichting windpark Krammer BV (31 mei 2013)
2014     M.e.r. rapportage gereed (mei 2014)
           Ontwerp-inpassingsplan fase 1, ontwerpvergunningen ter inzage (sept-okt  2014)
           Tweede informatieavond (september 2014)
           Hoogspanningsverbinding Stedin gereed (eind 2014)
2015     Inpassingsplan Windpark Krammer vastgesteld (10 maart 2015)
           Overeenkomst netaansluiting met TenneT hoogspanningsverbinding (april 2015)
           Vergunningen verleend (mei 2015)
           Beroep Raad van State door 3 appelanten.
           SDE+ subsidie verleend (augustus 2015)
  Akkoord met Zeeuws Landschap, trekt beroep in (september 2015)
           Zitting Raad van State (14 december 2015)
2016     Uitspraak Raad van State, inpassingsplan onherroepelijk (16 maart 2016)
            Oprichting Deltawind-Zeewind Holding (juni 2016)
            Enercon wordt aandeelhouder (september 2016)
            
             Officiële startschot bouw op 14 oktober 2016
          Aankondiging samenwerking bedrijven voor afname stroom
          Aankondiging financiële participatie en samenwerking ONS DE Fonds
2017    Eerste windturbines geplaatst
2019    Verwachte realisatie windpark
 

Ontwikkelgeschiedenis

 

Het startpunt: de Krammersluizen komen in beeld
De Krammersluizen komen als windlocatie in beeld rond 2009. Tot die tijd was de bouw van turbines op een waterkering niet toegestaan en bovendien niet rendabel. Dit veranderde met de komst van een nieuwe generatie turbines, een nieuwe hoogspanningsverbinding en een ruimer provinciaal en landelijk beleid. Een windpark op deze locatie werd interessant .
Provincie Zeeland zoekt meer concentratiegebieden
De provincie Zeeland gaf de aanzet. In 2009 werd het omgevingsbeleid geëvalueerd en werd in een maatschappelijke dialoogproces toegewerkt naar een nieuw Omgevingsplan voor 2012-2018. Het doel van 205 MW Zeeuwse wind in 2010 werd ruimschoots gehaald en nieuwe ambitieuzere doelstellingen werden verwacht; de rijksoverheid werkte inmiddels aan plannen om de landelijke wind op land doelstelling uit te breiden met een extra 2000 MW . De Krammersluizen kwamen als snel in beeld als aanvullend concentratiegebied waar grootschalige windontwikkeling in principe zou worden toegestaan. De nieuwe taakstelling voor Zeeland werd 570,5 MW in 2020.
 
Coöperatieve eilandpioniers pakken de bal op
In dit proces kwam ook de vraag op of de ontwikkeling van een windpark op de Krammersluizen iets voor de coöperatie Zeeuwind zou zijn. Deze burgercoöperatie had ruim 20 jaar ervaring met windontwikkeling en had een aanzienlijk deel van de windproductie op de Zeeuwse eilanden in handen. Een windpark met de beoogde omvang van de Krammersluizen was nieuw voor ze. De coöperatie wilde de uitdaging wel aangaan mits ze dat samen met zustercoöperatie Deltawind van het buureiland Goerree-Overflakkee konden oppakken. Deltawind bleek daartoe bereid. Ook deze coöperatie had al langjarige ervaring met windontwikkeling.
Dit was het startpunt van het initiatief.
 
In 2010 werd de samenwerking bekrachtigd in een samenwerkingsovereenkomst. De coöperaties spraken af om als gelijkwaardige partners samen te werken en stapten er voor ieder voor 50% in. In deze voorbereidingsfase was al wel duidelijk dat de beide coöperaties de ontwikkeling niet alleen konden realiseren maar: “We wilden samen de zeggenschap zo lang mogelijk in handen houden”.
 
De eerste voorbereidingen
In 2010 werden het eerste voorbereidende onderzoek gedaan: is een windpark rondom de Philipsdam, de Grevelingedam en het Krammersluizen complex haalbaar? Dat bleek het geval te zijn. Het windaanbod was goed en de locatie was in principe geschikt, al mocht niet zomaar gebouwd worden op een waterkering. Rijkswaterstaat toonde zich echter bereid om de mogelijkheden nader te onderzoeken.
In oktober 2010 presenteerden de initiatiefnemers de resultaten aan de gemeenten Schouwen-Duiveland, Tholen en Oostflakkee, Rijkswaterstaat, het ministerie IenM en de provincie Zeeland. Deze partijen hadden veel vragen maar waren wel bereid om het plan nader te onderzoeken en de m.e.r procedure op te starten. Een overlegplatform werd opgericht.
 
De planologische procedure gaat van start
In 2011 klonk het starschot van de planologische procedure met een formele kennisgeving en een eerste informatieavond. Omdat het windpark groter is dan 100 MW, is een Rijkinpassingsplan nodig waarvoor de ministeries IenM en EZ  bevoegd gezag zijn. Het project valt onder de rijkscoördinatieregeling, wat wil zeggen dat het rijk erop toeziet dat alle besluiten in één procedure worden voorbereid.
Dit is een complexe operatie waarbij veel partijen betrokken zijn: de twee initiatiefnemende coöperaties en hun leden, de ministeries, provincie Zeeland, de gemeente Schouwen-Duiveland (grondgebied, vergunningen), Rijkswaterstaat (waterkering), de buurprovincies Zuid-Holland en Noord-Brabant (belanghebbenden), buurgemeenten Tholen en Goeree- Overflakkee en direct omwonenden, bedrijven, natuur- en milieuorganisaties als belanghebbenden.
 
Een belangrijke mijlpaal: wind op een waterstaatkundige werk
De pilot met Rijkswaterstaat was een belangrijke mijlpaal. Was het mogelijk om windturbines te bouwen op de waterkeringen en zo ja, onder welke condities? Uit het in 2011 gestarte onderzoek bleek dat het technisch mogelijk was. “Dit is voor het eerst dat een dergelijke doorbraak met Rijkswaterstaat is bereikt”, melde Zeeuwind in 2011. “Daarmee is het project Krammer een trekker voor innovaties bij het bouwen op waterkundige werken” . Deze pilots leiden uiteindelijk tot aanpassing van de beleidsregel in 2015 - het verbod wordt omgezet in een nee, tenzij-regel - en tot nieuw ambitieus beleid van Rijkswaterstaat in 2016 .
 
De minister IenM: Het areaal van Rijkswaterstaat biedt een aanzienlijke potentie voor de productie van duurzame energie …. Door een deel van de op het eigen areaal opgewekte energie zelf te gaan gebruiken wordt een bijdrage geleverd aan energieneutraliteit. Daarnaast stelt Rijkswaterstaat zijn areaal beschikbaar voor het opwekken van duurzame energie door andere partijen. Een goed voorbeeld hiervan is het Windpark Krammer,dat dankzij een burgerinitiatief vanaf 2017 stroom zal produceren voor meer dan 100.000 huishoudens (Kamerbrief juni 2016).
 
Een tweede doorbraak: de netaansluiting
Een tweede belangrijke mijlpaal was de overeenkomst over de aansluiting op het hoogspanningsnetwerk met netbeheerder TenneT. De besprekingen liepen al sinds 2010 en werden in april 2015 definitief. Eind 2014 was een ondergrondse hoogspanningsverbinding tussen Middelharnis en Goeree-Overflakkee en Geervliet op Voorne putten gereed gekomen. Het windpark levert zoveel elektriciteit dat het niet op het gewone netwerk van Enduris of Stedin aangesloten kan worden. Zonder deze verbindingen zou windpark Krammer niet haalbaar zijn.
 
Een windpark van en voor de regio
De coöperaties willen een windpark van en voor de regio: omgeving en omwonenden moeten ervan profiteren. Er is dan ook veel aandacht uitgegaan naar de belangen van de stakeholders. Bewoners van nabijgelegen dorp Anna Jacobapolder (gemeente Tholen) hadden slechte ervaringen met bestaande windturbines (waardedaling huizen, geluidsoverlast en slagschaduw) en waren niet enthousiast over de nieuwe windplannen. De actiegroep Windmolens Nee wil het nieuwe windpark tegenhouden.“Als dat niet lukt willen we dat Deltawind en Zeewind iets doen voor de inwoners van het dorp. We denken daarbij aan voorzieningen om de leefbaarheid op pijl te houden of een bijdrage aan de energienota van mensen”, meldt een van de bewoners in 2013 . 
In nauw overleg met de bewoners en de turbine-eigenaars is de situatie met de bestaande turbines verbeterd. Daarnaast is gezocht naar een acceptabele compensatieregeling voor het nieuwe windpark. Begin 2014 werd overeenstemming bereikt: bewoners krijgen korting op hun energierekening en er wordt een windfonds ingericht voor duurzame projecten. De actiegroep heeft vervolgens haar naam veranderd in Stichting windmolens AJP. Zie verder: lokaal profijt.
 
Een akkoord over de zeearend, vogels en vleermuizen
Vogels, vogeltrekbewegingen en vleermuizen en andere ecologische waarden vormden een volgende uitdaging. Het windpark ligt middenin een gebied met een bijzondere ecologische waarden en is deel van de ecologische hoofdstructuur en Natura2000-gebied. Er is uitgebreid onderzoek gedaan naar de impact op natuurwaarden in nauw overleg met lokale natuurorganisaties. Met Het Zeeuws Landschap en de Natuur- en Vogelwacht werd in het najaar 2015 een akkoord bereikt over een uitgebreid maatregelenpakket om ecologische schade te verminderen. Zo is een investeringsfonds opgezet voor flora en fauna bij Krammer. Beide organisaties hebben hun bezwaren bij de Raad van State ingetrokken.
De toekomstige windturbines krijgen uitgebreide detectiesystemen voor vogels en vleermuizen. Hiermee kunnen de turbines bij nadering van vogels en vleermuizen tijdelijk stilgezet worden. Voor een naderende zeearend slaan de windturbines helemaal af. Daarnaast richt Windpark Krammer een fonds op voor de uitvoering van natuurversterkende maatregelen in het gebied. Nieuw voor Nederland is de afspraak om te komen tot een evenwichtig economisch en ecologisch beheer van het windpark. Dit kan er toe leiden dat op basis van gebleken schadelijkheid, bepaalde turbines in ecologisch gevoelige periodes tijdelijk worden stilgezet .
 
De SDE+ beschikking is binnen: wind op land en op dijk
In augustus 2015 werd de SDE+ subsidie verleend. Het oorspronkelijke plan was om voor 2014 een SDE-aanvraag in te dienen maar de benodigde handtekening van het ministerie kwam te laat binnen. De subsidie voor 2015 had als voordeel dat er inmiddels een aparte categorie wind op dijk was gecreëerd.
 
Het sein op groen: het is onherroepelijk
De gehele planprocedure en ontwikkelingsfase duurde uiteindelijk vier en een half jaar vanaf het moment van de eerste kennisgeving. In 2013-2014 werd de m.e.r. uitgevoerd en het ontwerp-inpassingsplan en de ontwerpvergunningen opgesteld (2014). Dit leverde 16 unieke zienswijzen en twee reacties van betrokken overheden op. Met de nodige aanpassingen konden vervolgens het definitieve inpassingsplan en vergunningen vastgesteld worden in maart 2015. Op 16 in maart 2016 werd het Inpassingsplan onherroepelijk toen de Raad van State de laatste bezwaren ongegrond verklaarde. “Al in al is het redelijk voortvarend verlopen. Het scheelt enorm dat het windpark ver van de gebouwde kom ligt”, aldus Sweep.  
Begin 2016 stonden alle belangrijkste seinen op groen.
 
De bouwfase gaat van start
De bouwfase is officieel gestart op 14 oktober 2016.
 
Enercon wordt mede-aandeelhouder
In september 2016 kondigden de coöperaties aan dat de leverancier van de windturbines, de fabrikant Enercon bijna de helft (49%) van de aandelen overneemt. “Een fabrikant die belang heeft in de exploitatiefase heeft ook belang bij een goede kwaliteit”, verwachten de coöperaties. “Bovendien geeft deze vorm van samenwerking meer flexibiliteit in een innovatief technisch uitdagend project en geeft een grote kapitaalkrachtige partner vertrouwen bij de bank.
Enercon is al sinds 1992 actief in Nederland en had in 2015 een belangrijke mijlpaal bereikt met het windpark Battenoert van Deltawind: de installatie van 1000 MW in Nederland in 23 jaar tijd . 
(Zie: structuur en financiering).
 
Grote energiebedrijven kopen de stroom in
In oktober 2016 werd ook bekend dat vier grote energie-intensieve bedrijven de groene stroom gaan inkopen van het windpark. Ook dat is uniek: 95% van de energie wordt rechtstreeks geleverd aan Akzo, DSM, Philips en Google. Dit is de eerste keer dat consumenten op zo'n grote schaal energie leveren aan het bedrijfsleven zonder tussenkomst van een energiebedrijf. Consumer-to-business, eilandbewoners leveren direct stroom aan bedrijven. Voor zover bekend is dit in Europa nog niet eerder voorgekomen. (Zie: lokaal profijt).
 
 
WP Krammer start van de bouw
Foto: Officiële start bouw (Wim Van Vossen, windpark Krammer Zeeuwind.nl/ nieuws)
 
 
 

Participatie

Windpark Krammer wordt wel het grootste burgerinitiatief van Nederland genoemd. Het is bedoeld als een windpark voor en van de regio. Dat betekent dat actieve betrokkenheid van burgers, in dit geval de eilandbewoners, een essentieel uitgangpunt is voor de initiatiefnemers. Het motto is: wie er tegenaan kijkt mag ervan meeprofiteren.
 
De participatie is als volgt ingevuld:
  1. Betrokkenheid bij de plan- en besluitvorming over de locatie via de provincie
  2. Betrokkenheid bij de projectontwikkeling via de coöperatie
  3. Mede-eigenaarschap van het windpark via de coöperatie
  4. Financiële participatie in het windpark direct.
  5. Windfonds voor de omgeving
  6. Investeringsfonds flora en fauna
  7. Mogelijk: Lokale levering van windstroom.
Plan- en besluitvorming over de locatiekeuze
De provincie heeft in 2010 een maatschappelijke dialoog georganiseerd over de ruimtelijke ontwikkeling van de eilanden waarbij omwonenden actief betrokken zijn. Dit heeft er onder andere toe geleid dat de Krammersluizen in 2012 zijn toegevoegd als concentratiegebied voor windontwikkeling in het omgevingsplan 2012-2018.
 
Projectontwikkeling via de coöperatie
De twee coöperaties zijn de ontwikkelaars van het windpark. De leden hebben invloed op dit proces. De ledenvergadering is het hoogste orgaan van een coöperatie. Dat wil zeggen dat alle belangrijke strategische besluiten door het bestuur voor besluitvorming worden voorgelegd aan de leden. Het zeggenschap is wel begrenst.  Zie verder: structuur.
 
Mede-eigenaarschap via de coöperatie
De twee coöperaties zijn mede-eigenaar van het windpark in de exploitatiefase. Net als in de ontwikkelfase betekent dit dat de leden zeggenschap hebben over het windpark. Het zeggenschap is wel begrensd (mede als gevolg van de eisen van financiers ten aanzien van zeggenschap).  Zie verder: structuur.
 
Financiële participatie in het windpark
Burgers kunnen op twee manieren financieel participeren. Als lid van de coöperatie brengen zij kapitaal in via een lening aan de coöperatie. Dit ledenkapitaal is niet specifiek geoormerkt voor het windpark en wordt ook ingezet voor de ontwikkeling van de andere windparken. Dit levert een jaarlijks rendement op door de rente-uitkering. Daarnaast wordt gewerkt aan een mogelijkheid voor burgers om direct te investeren in het windpark via een financieringsfonds. Zie verder: financiering.
 
Windfonds voor de omgeving
Voor de duurzame ontwikkeling van de regio is een windfonds ingericht. Dit is bedoeld voor de ontwikkeling van duurzame projecten in de regio en als tegemoetkoming aan omwonenden.
Voor elke opgewekte MWh wordt 0,50 euro aan het Windfonds uitgekeerd (gelijk aan het richtbedrag van NWEA[1]). Het bedrag is afhankelijk van de jaarlijkse windopbrengst en is naar verwachting 150.000 euro.
  • De bewoners die binnen een straal van 2,5 kilometer om het windpark wonen krijgen korting op hun (groene) stroomrekening. Hoe dichterbij hoe hoger de korting. In totaal gaat het om circa 60.000 euro
  • Het overige deel – 90.000 euro - wordt gelijkelijk verdeeld over de drie omliggende gemeenten Schouwen-Duiveland, Goeree Overflakkee en Tholen (waaronder het dorp Anna Jacobapolder). Dit geld wordt ingezet voor duurzame projecten  ter verbetering van de leefbaarheid.
De coöperatie hebben ervaring met windfondsen. Zo heeft Zeeuwind voor de nieuwe windturbine in Nieuwdorp een windfonds opgericht, bedoeld voor duurzame projecten die ten goede komen aan de lokale gemeenschap en Deltawind heeft een windfonds voor haar Windpark Battenoert.
Quote Zeeuwind: “Via het windfonds betrekken we als ‘goede buur’ de omgeving bij de exploitatie van de windturbine”. 
In het dorp Anna Jacobapolder  wordt het geld uit het windfonds gebruikt om alle inwoners in één keer te voorzien van zonnepanelen zodat de energierekening naar nul gaat. Het dorp wil hiermee het duurzaamste dorp van Nederland worden. De Stichting heeft haar naam gewijzigd naar Stichting Windmolens AJP en is recent genomineerd voor een Duurzame Duim. “Uniek aan dit project is dat het grootschalig is, dat het samen met windenergie wordt gedaan (als eerste in Nederland), dat het met een relatief korte doorlooptijd wordt gerealiseerd en dat het voor de inwoners van Anna Jacobapolder zonder kosten is. Gratis dus.” 
 
Investeringsfonds voor flora en fauna
Voor natuurontwikkeling en bescherming van flora en fauna is een speciaal investeringsfonds opgezet.
 
Lokale levering van windstroom.
Het grootste deel van de windstroom wordt verkocht aan vier grote bedrijven. Het resterende deel (5%) komt waarschijnlijk beschikbaar voor de lokale bevolking (begin 2017 nog niet zeker). AkzoNobel, DSM, Google en Philips gaan voor een periode van 15 jaar stroom inkopen van het windpark. De vier bedrijven hebben twee jaar geleden een consortium opgericht om duurzame energie in te kopen.
 
Thijmen Keesmaat, projectdirecteur: “Er waren meer gegadigden maar we hebben de stroom aan de hoogste bieder verkocht. De industrie wil dicht bij de bron kopen want dat is efficiënter”. Hij verwacht dat andere bedrijven dit voorbeeld gaan volgen om buiten de energiebedrijven om bij de bron in te kopen.
 
 

Organisatie, financiering

 
Windpark Krammer - organisatie
 
Het windpark Krammer is ondergebracht in een besloten vennootschap Windpark Krammer BV (opgericht in 2013).
  • In de ontwikkelfase zijn de beide coöperaties 100% aandeelhouder met ieder 50% van de aandelen.
  • In de exploitatiefase (na financial close) wordt het eigendom gedeeld met een derde partij, de windturbine fabrikant Enercon die bijna de helft 49% van de aandelen overneemt. De coöperaties houden samen 51% van de aandelen in handen, ieder 25,5%.
In juni 2016 is een Holding Deltawind-Zeewind Holding BV opgericht om de belangen van de beide coöperaties in de BV te behartigen.
 
Er is gekozen om het windpark onder te brengen in een besloten vennootschap om te voorkomen dat bij mislukking de coöperatie meegesleept kan worden in een financieel debacle. Dit beperkt de mate van zeggenschap van de coöperatie en van de leden over de BV.
Zo “mogen aandeelhouders niet op de stoel van de directie gaan zitten. Mocht bij faillissement blijken dat de aandeelhouders feitelijk de directie hebben gevoerd, dan zullen zij financieel aansprakelijk worden gesteld. Om die reden is aan de beide ledenvergaderingen ook niet gevraagd in te stemmen met de keuzes die door de directie van Windpark Krammer BV worden gemaakt tijdens de ontwikkeling van Windpark Krammer. ” Uiteraard hebben de beide ledenvergaderingen wel ingestemd met de risicodragende investeringen die gedurende de voorbereidingsfase is gedaan.  
 
De leden hebben de bevoegdheid om:
  1. in te stemmen met de begroting van de coöperatie en met de financiële inbreng in Krammer BV.
  2. in te stemmen met de verkoop van de aandelen.
  3. in geval van een vertrouwensbreuk het bestuur van de coöperatie naar huis te sturen.
Het feit dat we met een dergelijk groot project meer op afstand komen te staan  geeft intern wel discussie, vertelt Monique Sweep. “Het is heel anders dan de structuur van onze andere windparken. Daar zijn de lijnen veel directer: ik ben directeur van de coöperatie maar ook van windpark Battenoert bijvoorbeeld. We hebben het er regelmatig over met onze leden: passen dit soort grootschalige projecten bij onze doelstellingen? Tot op heden is het antwoord ja. We zijn uiteraard ook trots dat we hie”rtoe in staat zijn gebleken.  
 
Windturbinefabrikant Enercon als mede-eigenaar
De coöperatie hebben vanaf het begin hun gedachten laten gaan over een geschikte partner en hebben uiteindelijk besloten om intensief samen te werken met windturbinefabrikant Enercon. Deze wordt mede-eigenaar en zal tevens de windturbines bouwen en het hele project turnkey opleveren.
 
Het is niet gebruikelijk in de markt om met een preferente leverancier te werken. Er is bewust voor gekozen om het project niet aan te besteden (te tenderen). Een aanbestedingstraject waarin meerdere partijen bieden op het project had mogelijk initieel een lagere prijs opgeleverd. Maar, zo redeneren de coöperaties, in de praktijk blijkt dat er gedurende het bouwproces allerlei kosten bijkomen die in het initiële bestek zijn uitgezonderd. De kosten kunnen uiteindelijke juist hoger uitvallen.
 
Belangrijke overwegingen: als mede-eigenaar heeft Enercon belang bij een goede kwaliteit van de turbines en optimale prestatie tijdens de exploitatie. Het is een familiebedrijf dat eigen vermogen kan inbrengen en gericht is op de lange termijn. “Voorwaarde is in de basis vertrouwen in elkaar, een gedeeld gedachtegoed en voldoende specialisten in eigen huis om op gelijkwaardige basis te kunnen samenwerken”, stellen de coöperaties[2].
 
Deltawind: “Dit project heeft de nodige uitdagingen, zoals de complexiteit van het bouwen op een primaire waterkering, wat in de bouwfase een verhoogd risico met zich meebrengt. Maar ook de uitdaging om als relatief kleine partij een goede financiering te realiseren met banken en tegelijkertijd eigenaar te blijven en zeggenschap te houden in een miljoenen project”.
 

Deze samenwerkingvorm biedt meer ruimte voor innovaties, verwachten de partijen. Dit blijkt bijvoorbeeld uit de ontwikkeling van innovatieve kraanopstelplaatsen.

Financiering

De financiering is opgebracht door:
  1. de aandeelhouders: de coöperaties (ledenkapitaal)
  2. de aandeelhouder Enercon
  3. directe participatie via een investeringsfonds
  4. externe financiers: een bank
 
 
 
Investering
220 miljoen
Financiering (eigen vermogen):
 
Coöperaties: 7,5 miljoen ledenkapitaal
Enercon: rest
Directe participatie via investeringsfonds: 10 miljoen
Financiering (vreemd vermogen):
 
Bank
Voorfinanciering (tot financial close)
7,5 miljoen (50/50 beide coöperaties), toegevoegd aan eigen vermogen na financial close
 
Exploitatie subsidie
SDE+ 2015
 
Voorfinanciering: projectontwikkeling – en voorbereiding
Het windpark is 100% op risico van de coöperaties ontwikkeld met inbreng van 7,5 miljoen euro als voorinvestering. Dit is ledenkapitaal dat is ingebracht door leden via een lening aan de coöperatie en niet specifiek geoormerkt voor windpark Krammer.
 
Coöperatieve financiering met ledenkapitaal
De coöperaties hebben de voorinvestering van 7,5 miljoen aan het eigen vermogen toegevoegd in de BV. Dit is gefinancierd uit het ledenkapitaal.
De leden van de coöperaties participeren financieel via een lening aan de coöperatie. Dit vormt het ledenkapitaal.
  • bij Zeeuwind: minimaal 100 euro en maximaal 25.000 euro.
  • bij Deltawind: minimaal 50 euro en maximaal 5.000 euro.  
De leden  van Deltawind ontvangen een rentepercentage van gemiddeld 6% (afhankelijk van de windopbrengst). Leden zijn in principe vrij om de lening op te nemen, het bestuur is gerechtigd te beslissen dat in 5 jaar wordt terugbetaald. Bij Zeeuwind zit het iets anders in elkaar. Daar krijgen leden een ander rentepercentage wanneer ze kiezen voor direct opneembaar of langduriger vast (minimaal 3%- max…). De leden beslissen over de bestemming van het surplus. Dat kan in de vorm van een winstuitkering bovenop het rentebedrag. 
 
Monique Sweep, Deltawind: “We willen dat iedereen kan mee doen en niemand financieel in problemen komt dus de bedragen zijn aan een minimum en een maximum gebonden. Dat hebben we tot op de dag van vandaag volgehouden” .
 
Financiële participatie door rechtstreekse investering
Het project wordt opengesteld voor participanten die rechtstreeks willen investeren in het windpark. Dat is ander dan coöperatief financieren omdat de uitgifte direct gekoppeld is aan het project. De deelnemers hoeven geen lid te worden van de coöperatie. Gedacht wordt aan een totaalbedrag van 10 miljoen euro dat in eerste instantie aangeboden wordt aan de leden van de beide coöperaties en omwonenden en als er dan nog over is aan de rest van Nederland.
De coöperaties zijn onder andere in gesprek met ONS DE Fonds om een financieringsmodel in te richten. Eind 2016 is dit nog niet mogelijk gebleken.
Deltawind experimenteert met nieuwe vormen van financiële participatie. Zo is door een uitgifte van obligaties leden en omwonenden gelegenheid gegeven om direct financieel te participeren in het nieuwe windpark Battenoert. 
 
Bancaire financiering
Het vreemd vermogen wordt ingebracht door een bank.
 
ONS DE Fonds
ONS DE Fonds is een initiatief van de Friese zustercoöperatie Noordenwind en REScoopNL, een samenwerkingsverband van Nederlandse energiecoöperaties.
Het is opgericht om investeringen van particulieren in coöperatieve energieprojecten te faciliteren. Dit maakt een groter aandeel burgerparticipatie in grote kapitaalintensieve projecten mogelijk. Coöperaties financieren een deel van hun projecten zelf met ledenkapitaal maar het is niet toegestaan om met oog op een nieuw project nieuwe leden en daarmee extra kapitaal te werven. Financiering mag alleen binnen “besloten kring” plaatsvinden.  Via ONS DE Fonds kan extra kapitaal aangetrokken worden. Voor het fonds is fondsbeheerder aangesteld en is een vergunning aangevraagd bij de Autoriteit Financiële Markten (AFM).   
 
 
Windpark Krammer - ONS DE Fonds
 

Partijen

De belangrijkste partijen zijn:
 
Coöperaties
Deltawind en Zeeuwind zijn de initiatiefnemers, ontwikkelaars en uiteindelijk mede-eigenaars en financiers van het windpark.
Beide coöperaties zijn al meer dan 25 jaar actief op Zeeland en het Zuid-Hollandse Goeree-Overflakkee.  (Zeeuwind is opgericht in 1987, Deltawind in 1989). Hun doel is om het gebruik van windenergie en andere vormen van duurzame energie te bevorderen en daarmee bij te dragen aan een leefbare wereld [missie Zeeuwind].
Zeeuwind en Deltawind behoren met respectievelijk 2.100 leden en 1900 leden tot de grootste windcoöperaties in Nederland. Het ledenbestand bestaat voor het merendeel uit particulieren. Van Zeeuwind zijn daarnaast bijna alle 13 Zeeuwse gemeenten lid, alsmede een aantal bedrijven, verenigingen en stichtingen. De coöperaties hebben meer dan de helft van het landelijke coöperatieve windvermogen in handen  en zijn daarmee de voorlopers van de coöperatieve energiebeweging totaal 50 MW [Lokale Energiemonitor 2016].
 
 
 
Deltawind is ooit begonnen als initiatief van één eilandbewoner die een windmolen wilde plaatsen. Het toenmalige energiebedrijf – toen nog een nutbedrijf in handen van de gemeente - wilde de stroom alleen kopen als er lokale klanten waren. Dit was de aanleiding om een coöperatie op te richten waarmee de initiatiefnemer en de klanten samen eigenaar werden van de windmolen. In 1991 werd de eerste molen gebouwd, al snel gevolgd door een windpark van zes turbines in 1996  in Battenoord, Nieuw-Tonge. De eerste molens zijn inmiddels vervangen en de windparken zijn opgeschaald. Deltawind pioniert daarnaast met zonne-energie. In 2012 is het eerste coöperatieve zonnepark gerealiseerd op het terrein van recreatiepark De Klepperstee in Ouddorp.  Dit is tevens een van de eerste grote grondgebonden projecten van Nederland.
 
Monique Sweep: “Het rapport Grenzen aan de Groei van de Club van Rome uit 1972 was de aanleiding voor dit soort initiatieven. Mensen maakten zich zorgen over het milieu. Met de komst van de Lagerwey 15/75 in 1985 werd de aanzet gegeven tot de lokale energiecoöperaties van die tijd”.
  
Projectontwikkelaars
De coöperaties werken samen met GreenTrust, een gespecialiseerd bureau in windenergie en BLIX.  
 
Marktpartijen
De belangrijkste partner is windturbinebouwer Enercon die 49% van de aandelen heeft overgenomen en mede-eigenaar is. Het Duitse bedrijf is marktleider in Duitsland en heeft 5% marktaandeel wereldwijd.
In de bouwfase zijn meerdere bedrijven als onderaannemer of toeleverancier betrokken: het aannemersbedrijf GMB gaat het windpark bouwen, Het Zwitserse technologiebedrijf ABB bouwt het transformatorstation en het aannemingsbedrijf Alsema legt de stroomkabel aan.
 
Gemeenten
In totaal zijn drie gemeenten betrokken: Schouwen-Duiveland, Tholen en Goeree Overflakkee.
Het windpark staat op het grondgebied van de gemeente Schouwen-Duiveland. De gemeente is bevoegd gezag voor een aantal vergunningen, maar niet verantwoordelijk voor de planologische procedures. Het Rijk is bevoegd gezag voor het inpassingplan (dat het bestemmingsplan voor het gebied vervangt). Het windpark ligt in het zicht van het dorp Anna Jacobalpolder van de gemeente Tholen en de gemeente Goerree Overflakkee.  Deze gemeenten zijn daarmee belanghebbenden en zijn om die reden actief betrokken in de planologische procedure en het overlegplatform.
 
Provincies
Het windpark ligt in de provincie Zeeland. De provincie Zeeland stelt de beleidskaders vast voor de ruimtelijke ontwikkeling van haar grondgebied en heeft het gebied aangewezen als concentratiegebied in het Omgevingsplan 2012-2018. De provincie is belanghebbende en  betrokken in de planologische procedures. Ze is bevoegd gezag voor een aantal vergunningen.
Daarnaast zijn de provincies Zuid-Holland en Noord-Brabant “gehoord” omdat bewoners uit deze provincies in het zicht van het windpark wonen.
 
Rijksoverheid
Twee ministeries zijn actief betrokken: Infrastructuur en Milieu (IenM) en Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (EL&I).
  • Beiden zijn bevoegd gezag voor de planologische procedure (rijkscoördinatieregeling)
  • EZ is verantwoordelijke de coördinatie en afstemming van de inpassing- en vergunningsprocedures
  • IenM is verantwoordelijke voor de waterstaatswerken (vanuit Rijkswaterstaat). Rijkswaterstaat is de eigenaar van de grond en het water.
Het pilot  project om te onderzoeken of windturbine bouw op waterkeringen technisch mogelijk is, is uitgevoerd door Rijkswaterstaat. Dit heeft geleid tot aanpassing van de beleidsregel en aanscherping van het eigen beleid op energieneutraliteit van het eigen areaal.  
 
Netbeheerders
TenneT is verantwoordelijk voor het netbeheer van het hoogspanningsnet is verantwoordelijk voor de aansluiting van het windpark aan het hoogspanningsnet. Stedin is verantwoordelijk voor de verbinding met Middelharnis.

Links

 
 
Artikelen, nieuwsbrieven
Artikel Windnieuws, Windpark Krammer zet nieuwe trend, Harmen Weijer, nr 5 2016.
Artikel BODE.: Coöperatie Deltawind viert 25-jarig jubileum. Voor windcoöperaties breken andere tijden aan, Monique Sweep, nr2 2014.
Windkracht ledenblad Coöperatie Deltawind, jaargang 27, november 2015. Over de besluitvorming windkracht Krammer.
Nieuwsbrief Windpark Krammer 15 december 2016. Over de financiële participatie

Bent u tevreden over deze pagina?

Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *
Als wij vragen hebben over uw toelichting, mogen wij dan contact met u opnemen?
Mogen wij u benaderen voor een gebruikersonderzoek?
Wij zoeken regelmatig respondenten voor gebruikersonderzoek op onze website. Wij zijn benieuwd naar uw mening en gaan graag met u in gesprek. Een online interview duurt maximaal 45 minuten.